
De regelgeving rond deze problematiek komt van de 'Conventie over de Internationale handel in Bedreigde Soorten.' CITES is een overeenkomst tussen 172 landen die deze handel regelt. Het doel is voorkomen dat bedreigde dieren en planten uitsterven. Meer dan 800 wilde dier-en plantensoorten mogen wereldwijd niet meer gekocht worden. Voor ongeveer 25.000 soorten zijn speciale vergunningen nodig. Ook de meeste afgeleide producten van deze planten of dieren (zoals bijvoorbeeld ivoor, kaviaar, hout, zaden van planten …) worden door deze conventie beschermd en kunnen dus niet zomaar verkocht worden.
In de drie Bijlagen van het CITES-verdrag zijn alle bedreigde dieren en planten terug te vinden:
- Bijlage I: direct met uitsterven bedreigde dieren en planten. De internationale handel in uit het wild afkomstige dieren en planten is verboden. Het gaat om bijvoorbeeld walvissen, dolfijnen, olifanten, neushoorns, tijgers, apensoorten, papegaaiensoorten, schildpadsoorten, verschillende bloembollensoorten, wilde ginseng en verschillende soorten orchideeën.
- Bijlage II: dieren en planten die mogelijk met uitsterven worden bedreigd, maar dat nog niet zijn. Om die reden worden nu maatregelen genomen. Deze dier- en plantensoorten mogen alleen worden in– of uitgevoerd als er een CITES-vergunning voor is verleend. Het gaat om onder meer roofdier- en krokodillensoorten, alle reuzenslangen en een aantal schelpen- en koraalsoorten. Zo gaat de hoeveelheid verhandelde dieren en planten niet ten koste van het voortbestaan van die soorten.
- Bijlage III: dieren en planten die in minstens één land worden beschermd. Dit land heeft andere CITES-lidstaten gevraagd de handel in die soort te controleren.
De bijlage waaronder een dier- of plantensoort is opgenomen bepaalt of handel is toegestaan en onder welke voorwaarden. Daarbij is het ook van belang of de dier- of plantensoort uit het wild komt of in gevangenschap is gefokt of gekweekt.
In Europa is niet alleen de internationale CITES-conventie van toepassing. De EU-verordeningen gaan in bepaalde opzichten verder dan de voorwaarden van de Conventie: Zo wordt er binnen Europa gewerkt met 4 bijlagen (A, B, C en D) waarbij bijlagen A, B en C grotendeels overeenkomen met bijlagen I, II en III van CITES. Maar voor een aantal soorten neemt de EU extrabeschermende maatregelen:
Alle inheemse roofvogels zijn opgenomen in bijlage A.
Bijlage D bevat soorten die mogelijk bedreigd kunnen zijn en waarvan de handel dus van nabij opgevolgd moet worden. Voor invoer in de EU van alle dier- en plantensoorten uit Bijlagen A en B is in het algemeen een invoervergunning vereist.
Voor de soorten uit bijlagen C en D moet een invoeraangifte gebeuren.
Voor de handel binnen de Europese Unie zijn, sinds het wegvallen van de interne grenscontroles, in het algemeen geen invoer- en uitvoervergunningen meer vereist wat spijtig is want ook binnen de Unie valt er heel wat biodiversiteit te verdedigen. Enkel voor soorten van bijlage A is handel binnen de EU beperkt tot wanneer er een geldig certificaat kan worden voorgelegd.
Nog andere interessante linken:
Convention on Migratory Species:
http://www.cms.int
International Whaling Commission:
http://www.iwcoffice.org
Internationaal fonds voor dierenwelzijn (Nederlandstalig):
http://www.ifaw.org/ifaw/general/default.aspx?oid=17888
Geen opmerkingen:
Een reactie posten