maandag, augustus 18, 2003

GATS: Duurzaam toerisme is “onnodig handelsbelemmerend.”

Vakantie ! Wat zien we er telkens weer naar uit. Op reis, de wijde wereld in, ver of dichtbij doet er niet toe, als we maar even uit de dagelijkse sleur kunnen, nieuwe horizonten verkennen, genieten van de zomerse buitenlucht … Ondanks die ene slechte ervaring die iedereen al wel eens gehad heeft zullen de meesten onder ons aan de voorbije reis vooral positieve associaties overhouden. En dat is voor een groot deel te danken aan de diensten van een snel groeiende economische sector die ervoor zorgt dat je reis overal ter wereld vlot verloopt. Een opsteker voor landen in het zuiden, zal je zeggen, want ze krijgen hiermee toch behoorlijk wat inkomsten binnen. Maar dat is helaas fout. Want het overgrote deel van de sector is in westerse handen. En er is een zorgwekkende ontwikkeling op til die de scheve verhoudingen verder uit balans dreigt te trekken. Die ontwikkeling wordt aangeduid met één letterwoord : GATS.

Ga maar na : vliegtuigticket, transport ter plaatse, verblijf (slapen en eten), gebruik van sportfaciliteiten, souvenirs, entreegelden van bezienswaardigheden, inhuren van gidsen enz. Allemaal slokken ze grote brokken van je vakantiebudget op. En niet te vergeten, een hele reeks andere diensten die ook profiteren van jouw reis : financiële diensten (geldwisselaars, kredietkaart- en andere netwerken), communicatiediensten, aankoop van speciaal reismateriaal (zeg maar AS-Adventure en dies meer), reisgidsen en kaarten, allerlei taksen, visakosten enz. Al deze diensten stellen een pak mensen te werk en zijn een niet te onderschatten bron van inkomsten voor de ontvangende landen – voor nogal wat landen zelfs de voornaamste. De meeste ontwikkelingslanden hebben dan ook een handelstekort in de dienstensector (ze voeren meer in dan ze uitvoeren), behalve in twee sectoren :
1) de toeristische sector, waarvan de groei vooral lijkt te komen van de toegenomen interesse voor exotische bestemmingen en de afgenomen transportkosten.
2) Het geld dat migranten opsturen naar hun families die achterbleven

De toeristische krachtpatsers
Maar nu het slechte nieuws : in de toeristische sector controleren welgeteld 4(!) bedrijven 80% van de wereldmarkt : Airtours, Thomson, First Choice en Tomas Cook. Deze vier multinationals romen dus het grootste gedeelte van de winst af voor de landen waar ze hun klanten naar toe sturen. De grote concentratie is het gevolg van de enorme hoeveelheden kapitaal en de uitgebreide netwerken die nodig zijn om de technologische voorsprong te behouden, om een uitgebreid net aan diensten te kunnen leveren en om de schaalvoordelen op peil te houden. De trend van fusies en overnames heeft de positie van deze grote spelers nog versterkt. Want met hun economische macht beschikken ze ook over een sterke onderhandelingspositie naar de diverse overheden toe. Zo kunnen ze bij lokale overheden enerzijds gunstige belastingrégimes afdingen en anderzijds eisen stellen naar basisinfrastructuur : moderne luchthavens met degelijke incheckfaciliteiten, aanvoer van nutsvoorzieningen naar toeristische centra, vaak in energiearme gebieden, wegenaanleg naar die centra die meestal verder geen economisch nut hebben. Stuk voor stuk investeringen die handen vol geld kosten en waarvoor het land in kwestie dure leningen moet aangaan bij westerse banken. Buiten wat werkgelegenheid voor laaggeschoolden heeft de lokale bevolking er weinig of niets aan.
De multinationals wenden hun sterke positie nog op andere plaatsen aan. Onder meer op internationale fora zoals de WHO (Wereld handel organisatie). In deze machtige organisatie worden afdwingbare regels opgelegd aan het internationale handelsverkeer, bovendien beslechten ze ook handelsgeschillen op basis van deze regels. Het grootste probleem met deze organisatie is haar illegitimiteit en de manier waarop de regels die ze bepaald tot stand komen. De WHO bestaat niet uit verkozen vertegenwoordigers van de aangesloten volkeren. Alle beslissingen worden er genomen door technocraten die in opdracht van regeringen afdwingbare regels uitvaardigen waar naar alle aangesloten landen zich moeten schikken op straffe van zware boetes, het niet uitkeren van leningen door IMF en Wereldbank enz. Bovendien zijn die regels steeds heel complex en uitgebreid, worden ze genomen in kleine achterkamertjes, is er geen enkele democratische controle en kunnen ze niet ongedaan gemaakt worden. Als je dan weet dat de meeste landen uit het zuiden met moeite één of enkele mensen kunnen afvaardigen terwijl Europa en de Verenigde Staten steeds een delegatie van enkele honderden specialisten naar de onderhandelingsronde sturen. Die enkele vertegenwoordigers moeten dan het hele scala aan behandelde onderwerpen beheersen en proberen aanwezig te zijn op de tientallen vergaderingen die overal tegelijk plaats vinden. Pogingen van ontwikkelingslanden om zich te verenigen tegen de overmacht hebben tot dusver niet veel opgeleverd omdat de individuele druk vanwege de economische grootmachten om regels goed te keuren erg groot is.
De volgende onderhandelingen in Cancun, Mexico, van 10 tot 14 september zijn cruciaal. Ze gaan over de liberalisering van de diensten, en daarmee bedoelen we wel degelijk alle diensten: ook watervoorziening, onderwijs, gezondheidszorg enz. De ondertussen beruchte GATS (General Agreement on Trade in Services) is een akkoord dat haast vanzelfsprekend geschreven is op maat van de Europese en Noord-Amerikaanse industriële lobbygroepen. Onder meer voor het toerisme, de belangrijkste bron van inkomsten voor vele arme landen, tekent zich een echt doembeeld af.

Water voor de toeristen
La Lorena op het schiereiland Guanacaste in noordwest Costa Rica is een waar tropisch paradijs. De toeristische industrie bloeit. Maar achter de kustlijn gaat het leven als vanouds zijn gang. Of toch bijna… In augustus 2000 werden een aantal dorpen opgeschrikt door de bouw van een pijplijn naar de kust toe. Een hotelcomplex was heel diepe putten aan het graven in de ondergrondse waterreserves met de bedoeling om dat water naar de hotels te brengen, voor het onderhoud van tuinen en golfterreinen en voor de toeristische industrie.
Het hotelbedrijf had de toestemming van de lokale overheid maar niet van de nationale overheid. Nochtans moest die toestemming eerst bekomen worden. De toestemming gold voor 60 liter per seconde - de pijplijn is goed voor 350 liter per seconde. Guanacaste is een droge zone met zeer weinig regenval. De plaatselijke bevolking heeft leren omgaan met die droogte. De mensen vragen zich af hoe hun vertegenwoordigers de toegang konden geven om dit water te gebruiken zonder eerst de bevolking te consulteren. Momenteel kan een land markttoegang geven in de toeristische sector en bepalen dat er maar een beperkt aantal cruiseschepen in bepaalde kwetsbare gebieden mogen varen of eisen dat er een lokale kapitaalinbreng van 51% moet zijn (Denk aan Cuba, dat momenteel overleeft dankzij de inkomsten van het toerisme). Een land kan zelfs monopolies in stand houden.

GATS in een notedop:
In termen van het dienstenakkoord valt toerisme onder “modus 2,” wat wil zeggen dat bvb Indonesië toeristische diensten verkoopt aan buitenlandse toeristen. Het land ‘exporteert’ dus een dienst, alhoewel de gebruiker van die dienst (de toerist) zich naar Indonesië toe begeeft. In het opzet van de GATS moeten alle diensten geliberaliseerd worden. Dat wil zeggen privatisering, vrije markttoegang zonder beperkingen en geen beschermingsmaatregelen om wat voor redenen ook, ecologisch, sociaal of gewoonweg om de eigen industrie te beschermen. Al deze beschermingsmaatregelen worden letterlijk omschreven als “onnodig handelsbelemmerend.” Een land wil een investeerder verplichten lokale werknemers in dienst te nemen? Of het wil broze ecologische gebieden beschermen door toeristische exploitatie in te perken? Of zelfs akkoorden afsluiten met een inheemse bevolkingsgroep zodat deze haar rituele gronden beschermd zou zien? Vergeet het: “onnodig handelsbelemmerend.” Met andere woorden: het hele akkoord legt de weg open naar een uitverkoop aan de multinationals en is een ontkenning van het hele gedachtegoed dat aan de basis ligt van Duurzaam Toerisme. De praktijk leert overigens dat veel landen in de voorafgaande onderhandelingen niet veel acht geslagen hebben op de draagwijdte van die markttoegang. In de EU hebben alleen Spanje, Griekenland, Portugal en Italië voorbehoud gemaakt bij de markttoegang in de toeristische sector en de kleinhandel, en dan nog enkel voor historische en artistiek waardevolle sites, niet voor waardevolle landschappen of biotopen. De kans is dan ook groot dat overheden de toevloed van hotels of souvenirwinkels in bepaalde gebieden niet zullen kunnen beperken. Hetzelfde valt te vrezen voor het beslag dat grootschalige toeristische projecten leggen op het schaarse water om hun plantsoenen, zwembaden en golfterreinen te voorzien. Ze hebben m.a.w. geen uitzonderingen aangevraagd en laten dus de GATS binnen dringen in hun binnenlandse wetgeving.
Neen, het grootschalige protest tegen de WHO-onderhandelingen is geen product van een stelletje wereldvreemde naïevelingen, het gaat om een regelrechte machtsovername. En wat het toerisme betreft, het zou wel eens kunnen dat onze manier van reizen hier even goed op het spel staat, naast het inkomen van al die duizenden mensen in het zuiden waar we, elke reis weer, mee samenwerken.

Geen opmerkingen: